Fr

INTELLIGENCE

UMA/UBA Benchmark 2022: aandeel digital blijft stabiel

Dinsdag 14 Maart 2023

UMA/UBA Benchmark 2022: aandeel digital blijft stabiel

Aan de hand van de laatste UMA/UBA benchmark betreffende de (netto) mediabestedingen voor 2022 – iets meer dan 1,193 miljard euro – stellen we vast dat het aandeel van digital stabiliseert rond 35%. Het neemt toe met minder dan een procent in vergelijking tot 2021. Ter herinnering, in 2020 bedroeg het aandeel 30%.
 
De indicator bevestigt – mocht dat nog nodig zijn – dat televisie met een marktaandeel van zo’n 36% het grootste medium in ons land is en blijft, voor radio dat standhoudt met een aandeel van bijna 15%. Daarna volgen (paid) SoMe en OOH met respectievelijk 9,3% en 8,8%. Display, video en SEA halen de pers in (die daalt). Daarbij moeten we er wel op wijzen dat de investeringen in de digitale kanalen van de publishers/broadcasters opgenomen zijn in digital, en dus niet in de pers, televisie noch de radio.
UBA-gegevens goed voor 11% van Total Digital
 
Op dit punt moet worden opgemerkt dat de UMA-data (en de bijkomende bureaus - AdSomeNoise, blue2purple, Pivott en Ogilvy Social. Lab) en de UBA-gegevens een verschillende status hebben: de bureaudata zijn exhaustief, maar beperkt tot de deelnemers, terwijl de gegevens van de adverteerders gebaseerd zijn op de niet-geëxtrapoleerde verklaringen van een respondentenpanel bestaande uit UBA-leden naar aanleiding van een enquête over de waarde van hun digitale investeringen zonder de bureaus (hetzij intern, hetzij via een tussenpersoon buiten het Belgische grondgebied). Dit panel bestond uit ongeveer 70 leden (van de meer dan 350 leden van de vereniging). De auteurs van de studie geven aan dat dit meer dan significant is, maar wijzen er ook op dat de reële directe investeringen door adverteerders zeker hoger liggen.
 
In 2021 vertegenwoordigden de gegevens van UBA (de investeringen door de adverteerders) 10% van het totaal voor Digital. Die verhouding klom in 2022 met één procentpunt omhoog, naar 11%. Met aanzienlijke veranderingen tot gevolg: SEA ging van praktisch 21% van het totaal naar 16,5%, terwijl 'Paid social' op zijn beurt opklom van 9 naar bijna 15%.
 
Ook het aandeel van Display en Video in de gegevens van UBA nam in 2022 toe, wat wellicht het gevolg is van een diversificatie van de in-house benaderingen bij de adverteerders, aldus de auteurs. Binnen de UMA-gegevens is de meest opmerkelijke evolutie die van het segment “other channels”, van minder dan 7% naar 10%. “Dit vereist in de toekomst waarschijnlijk een meer gedetailleerde analyse van de digitale touchpoints die onder deze rubriek vallen. Deze toename in kracht van andere kanalen verzwakt proportioneel alle andere, behalve video, dat van minder dan 21% naar 22% van het totaal in het UMA-universum gaat.”
Het aandeel van local in de totale mediamarkt bedraagt 81%
 
De trend die zich al aankondigde in de eerste jaarhelft van 2022 zette zich ook in de rest van het jaar door. Die benchmark omvat voor UMA ook de verdeling van de digitale bestedingen over lokale en internationale spelers.
 
“Die laatsten werden in de poll, die verstuurd werd naar de desbetreffende bureaus, vermeld als 'GAFAM'. Door de aggregatie van de antwoorden per digitaal kanaal kunnen we besluiten dat de internationale spelers goed zijn voor een aandeel van 60% van de hele digitale reclamemarkt in België zoals die is vertegenwoordigd binnen UMA (niet exhaustief).”
 
Het aandeel lokale spelers binnen Digital ligt dus ietsje hoger dan 40%. Dat aandeel lokale spelers is trouwens ook hoger dan het marktaandeel van GAFAM in alle kanalen waar concurrentie heerst. Als we kijken naar alle investeringen in Offline bij Belgische spelers zien we dat het marktaandeel van de lokale spelers op de hele mediamarkt 81% bedraagt, de overige 19% gingen voor rekening van GAFAM.
Verdeling on- en offline bestedingen per sector op een totale markt van 1.193.043.214 euro

Archief / INTELLIGENCE