Fr

ASSOCIATIONS

Nathalie L'Hoir wordt de nieuwe UMA-voorzitter

Donderdag 10 April 2025

Nathalie L'Hoir wordt de nieuwe UMA-voorzitter

Na vier jaar als UMA-voorzitter geeft Hugues Rey (de CEO van Havas Media) de fakkel door aan Nathalie L'Hoir, managing director van UM.

François Chaudoir, de CEO van Space, blijft nog minstens een jaar ondervoorzitter, terwijl Tim Elsen, director bij iO, toetreedt tot de Raad van bestuur en schatbewaarder wordt van de vereniging van mediabureaus.

Hugues Rey blikt met tevredenheid terug op wat de UMA de afgelopen jaren verwezenlijkt heeft: “Na corona was het cruciaal om meer uitwisselingen te ontwikkelen en zo alle kansen te benutten om samen te bouwen aan een duurzaam ecosysteem dat jong talent met open armen verwelkomt. Die noodzaak heeft vorm gekregen door de ontwikkeling van onze ‘UMA Get Together’ met content die een hoge meerwaarde biedt dankzij de samenwerking met de UBA en diens Media Date. Ook hebben we samen met de UBA en de ACC studies en Benchmarks gepubliceerd die uitgegroeid zijn tot referenties voor onze sector. De afgelopen maanden hebben we ons vastberaden en concreet geëngageerd binnen de Raad voor Reclame. Ik ben heel blij dat ik mijn steentje heb kunnen bijdragen aan de verwezenlijking van deze plannen.”

Gesterkt door haar expertise en kennis van de sector – ze kan bogen op een carrière van 30 jaar binnen het bureau van IPG Mediabrands -, onthult de managing director van UM (IPG Mediabrands) in primeur voor MM haar ambities voor de UMA: talent promoten, beslissingen versnellen en samenwerkingen versterken.

Heb je al een actieplan, een programma?

Ik heb op dit moment geen programma als dusdanig, omdat ik de voorkeur geef aan samenwerking en co-creatie. Mijn ambitie is dat de UMA naar de toekomst kijkt. Toen ik ermee instemde om me verkiesbaar te stellen, was dat om de vereniging en onze sector te blijven dienen. Dit betekent ons talent promoten – er werken bijna 1.000 mensen in de mediabureaus - de belangen van onze leden verdedigen waar nodig, maar vooral onze rol als interface ten volle spelen om samenwerking met andere verenigingen zoals de UBA, de ACC, VIA en de Belgian Publishing Experience te bevorderen.

Ik wil ook graag de nadruk leggen op de kwaliteit van wat we onze klanten bieden, want ik ben er uiteraard van overtuigd dat er een enorme hoeveelheid talent en intelligentie schuilt in alles wat we doen. Vandaag is ons werkterrein zo uitgebreid dat de term mediabureau bijna voorbijgestreefd is. We worden natuurlijk geraadpleegd om mediastrategieën te ontwikkelen, maar ook om touchpoint strategieën uit te werken. Onze opdrachten hebben betrekking op mediabuying en -onderhandelingen, maar betreffen ook andere aspecten, zoals de keuze van technologiepartners en het structureren van gegevens. Dit zijn vaardigheden die waarover we enkele jaren geleden niet beschikten, maar die nu deel uitmaken van de behoeften en verwachtingen van onze klanten.

Slagen de bureaus erin zich te laten vergoeden voor deze nieuwe diensten?

Dit is echt een kwestie die onze aandacht verdient. Alles wat buiten onze traditionele diensten - mediastrategie, planning, buying, implementatie – valt, behoort tot wat wij de “out of scope” categorie noemen, met specifieke remuneratieafspraken. Voor sommige klanten zijn dit eenmalige opdrachten, voor andere gaat het om langdurige ondersteuning die een aanzienlijk uurvolume vertegenwoordigt. Deze diensten vereisen hooggekwalificeerde profielen, die zeldzamer en duurder zijn dan gemiddeld. Bij Mediabrands worden we inderdaad vergoed voor deze diensten en ik hoop dat dit ook het geval is voor onze collega’s.

Max B. Brouns, de COO van de UMA, heeft ons verteld dat je de dingen snel in handen hebt genomen.

Ik was al sterk betrokken bij de UMA, door vergaderingen bij te wonen en dossiers op te volgen. Ik heb er dus lang over nagedacht voordat ik deze nieuwe verantwoordelijkheid aanvaardde. Eerst heb ik geweigerd vanwege de beschikbaarheid: ik wil me niet half engageren, als ik iets doe, ga ik er helemaal voor. Uiteindelijk besloot ik de sprong te wagen na constructieve gesprekken met Max en François  die mijn functie vóór Hugues bekleedde.

Als mijn manier van werken ons kan helpen om sneller vooruit te komen, des te beter. Het klopt dat we soms te traag geweest zijn. We kunnen het ons niet meer veroorloven om wekenlang over dingen na te denken. Natuurlijk moeten we de juiste vragen stellen en de impact van beslissingen analyseren. Maar bij sommige kwesties is snelheid essentieel. De UMA vertegenwoordigt 15 bureaus: we proberen met één stem te spreken en een consensus bereiken vraagt tijd. En je mag niet vergeten dat alle bestuursleden van de UMA daarnaast ook hun respectieve bureaus leiden. Dat belet niet dat we ons wendbaar moeten kunnen tonen als we geloofwaardig willen blijven tegenover onze partners.

In het algemeen lijkt het me normaal dat we volledig en snel kunnen reageren op vragen die mensen ons stellen. Simpel.

Zijn de samenwerkingen de afgelopen jaren geëvolueerd?

Ja, duidelijk wel. Met de UBA, bijvoorbeeld, was er geen enkele vorm van samenwerking en is er vandaag een echte dialoog. En dat is belangrijk. Voor mij zijn adverteerders niet alleen klanten, maar ook partners. Hoe beter we elkaar begrijpen, hoe beter we kunnen samenwerken om onze merken en onze markt te laten groeien.

In dat verband leggen de media die ook jullie natuurlijke partners zijn, almaar meer de nadruk op de noodzaak van een sterk lokaal ecosysteem. Is dat een prioriteit voor de UMA?

Het is een belangrijke kwestie. In de Digital Benchmark van de UMA en UBA hebben we al een onderscheid gemaakt tussen lokale spelers en globale platformen ... Als je naar de Amerikaanse markt kijkt, zie je dat het aandeel van de investeringen in digital bijna 80% bedraagt, en bijna 80% van die 80% is in handen van drie globale spelers - Google, Meta en Amazon. Gelukkig zijn we in België nog niet zo ver, maar het is een kwestie van overleven voor onze markt. Lokale kwaliteitsinhoud produceren is duur, zeker met een reach die verdeeld is over noord en zuid. Als we kwalitatieve lokale media willen behouden, hebben we een collectief bewustzijn nodig.

Het is een moeilijk evenwicht, omdat mondiale platforms voor sommige adverteerders essentieel zijn. Ze vertegenwoordigen een groot deel van hun business, hun omzet, hun groeipotentieel ...

Volstaat het te zeggen dat ze geen keuze hebben?

Nee. Er is altijd een vorm van keuze. Neem video: zelfs als de CPM’s van YouTube goedkoper zijn dan de BVOD van DPG Media, Ads & Data of Auvio, kunnen klanten ervoor kiezen om meer te betalen om de kwaliteit van de lokale speler te kopen. We hebben het ook niet over helemaal hetzelfde: het gaat in beide gevallen om video, maar de context is niet precies dezelfde. Studies tonen aan dat de kwaliteit van de context waarin content uitgezonden wordt een impact heeft op memorisatie, consideratie, enzovoort. Voor adverteerders is het niet altijd makkelijk deze redenering te volgen, als ze rekening moeten houden met CPM’s. Als mediabureaus zijn wij in sommige gevallen - veel gevallen zelfs – ook zelf gebonden aan CPM’s en GRP’s  die contractueel vastgelegd zijn.

Dat is een economische realiteit die het debat complex maakt, maar we hebben een collectieve verantwoordelijkheid. Bij Mediabrands hadden we Jean-Paul Philippot en Jeroen Bronselaer te gast (respectievelijk algemeen directeur van RTBF en CEO van Play Media, nvdr en zij deelden), en zij benadrukten dat als we de lokale content makers niet steunen, ze het kwaliteitsniveau niet langer kunnen handhaven. En dat zal onvermijdelijk gevolgen hebben voor de groei van merken.

Wat worden je prioriteiten aan het hoofd van de UMA?

De UMA is gebaseerd op vier commissies: Business, Expertise, Marketing & Communication en Talent & Education. Ik wil ze een nieuwe dynamiek meegeven en samenwerken. Ik heb een bijeenkomst gepland met de voorzitters van elke commissie om hun projecten op te lijsten en te kijken hoe ze verder ontwikkeld kunnen worden.

We gaan ook de pitch benchmark verbeteren. We gaan het aantal mensen dat deelneemt aan pitches, het aantal uren dat eraan wordt besteed, enzovoort, nog nauwkeuriger opvolgen, met een fiche voor elke pitch. Doelstelling is echt om de tool te verbeteren.

Zijn er nog projecten die je na aan het hart liggen?

Op dit moment zit ik vooral in een leerfase. Ik heb de tijd genomen om de statuten van de UMA te begrijpen, met François en Max te praten om een goed beeld te krijgen van de ‘interne keuken’, de huidige problemen en om te zien waar ik waarde kan toevoegen. Ik denk dat mijn inbreng de komende weken nog belangrijker zal worden.

Cumuleer je nog andere functies?

Ja, ik vertegenwoordig de UMA bij het CIM-bureau. Ik denk dat ze blij zijn met iemand in deze dubbele rol, omdat het de discussies zal verrijken.

Ik ben ook voorzitter van de Technische Commissie voor de Bioscoop, een medium dat me zeer dierbaar is. We werken met name aan een nieuw onderzoek met Vertigo. Het project vordert, ondanks enkele vertragingen.

Wat zijn de volgende hoogtepunten op de agenda van de UMA?

De Green Day, die plaatsvindt op 13 mei: een moment om de balans op te maken van het afgelopen jaar en vooruit te kijken naar toekomstige projecten. Daarna volgt de UMA Get Together op 14 mei.

Archief / ASSOCIATIONS